Wat is muziek? In het boek De zin van muziek dat eerder dit jaar bij Amsterdam University Press, en dat zich laat lezen als een robuuste aanklacht tegen het alomtegenwoordige “nutsdenken” (iets heeft pas zin als het aantoonbaar nut heeft), geeft musicoloog en componist Leo Samama een even eenvoudige als raadselachtige definitie:
Nuchter beschouwd bestaat muziek uit luchttrillingen die door ons worden waargenomen en vervolgens worde opgevat als klanken. Die klanken spelen zich af in de tijd. Muziek is dus: klank in de tijd. Een schilderij kan je in een oogopslag overzien, een muziekwerk niet. Luisteren naar muziek kost tijd, als is het maar een seconde of een minuut. Muziek is ook vluchtig. We kunnen haar niet vasthouden als een boek, een schilderij of een beeld. Ze is dus vluchtig in de tijd. (27)
Weet je daarmee wat muziek is? Nee, Samama geeft toe dat dit antwoord veel te simpel is…
Wie naar muziek luistert, ervaart meer dan uitsluitend een opeenvolging van klanken. Voor sommigen roept muziek beelden op, voor anderen kleuren of een verhaal. Menigmaal wordt muziek niet alleen spiritueel ervaren maar ook fysiek. Hoe vaak gebeurt het niet dat we bij het luisteren naar muziek niet stil kunnen blijven zitten? Muziek kan ons uit de slaap houden. Soms kun je een bepaalde melodie maar niet uit je hoofd zetten, of een reeks akkoorden, of een specifiek ritme. En menigmaal is het juist de combinatie van deze elementen die ons niet loslaat. De klank van muziek bestaat immers meestal uit een samenspel van ritme, melodie en samenklank, maar evenzeer uit de verschillende klankkleuren van talrijke instrumenten, en uit de oneindig vele manieren ook waarop deze elementen samengebracht en met elkaar gecombineerd kunnen worden en met elkaar interfereren. (27)
Maar ook dát is nog te simpel. Want ook stilte maakt deel uit van muziek: “Muziek ontstaat uit stilte en keert uiteindelijk ook weer in de stilte terug nadat zij geklonken heeft. De stilte in muziek wordt bovendien gekleurd door de steeds veranderende klank van de muziek waarin ze is opgenomen” (28). Maar ook hiermee hebben we de kern van muziek nog niet te pakken.
Want muziek is ook een spiegel. Zo vinden we muziek geladen met emoties, maar Samama verwijst naar de filosofe Susanne K. Langer die al betoogde dat het “lijkt … alsof de muziek ons emoties aanreikt, terwijl zij in werkelijkheid emoties in ons losmaakt die geheel de onze zijn. Muziek kan dat, emoties in ons losmaken, onze eigen emoties” (100).
Muziek is daarmee ook een deur, een passage tussen de binnenwereld van de componist en de compositie als concreet stuk (eventueel op papier) in de buitenwereld. En een passage tussen de compositie en de binnenwereld van de luisteraar. Componist, compositie en luisteraar zijn daarmee op intieme en onnavolgbare wijze met elkaar verbonden, met talloze draden naar de verschillende werelden waarin zowel de componist en de luisteraar zich bevinden – werelden die soms eeuwen uiteen liggen.
Een vaste, definieerbare kern van muziek is er dus niet te geven, maar muziek is een netwerk, een tapijt, een spiegel, muziek is als
een diamant met vele facetten, waarin de weerslag van evenzovele dromen en inzichten weerkaatst wordt, de weerslag ook van de uiteenlopende resultaten van talloze speurtochten naar de componist en zijn wereld, en niet minder ook van onze eigen speurtochten naar onszelf en ons streven, wij die zijn werken uitvoeren en ernaar luisteren, wij die geen dag hetzelfde zijn en ons aan de muziek van Schubert kunnen spiegelen, onszelf daarin herkennen. Zo is muziek altijd meer dan uitsluitend wat er klinkt. (26)
Het boek reduceert niet, wil niet focussen op één enkel aspect van muziek, maar wil recht doen aan de complexiteit van alle dimensies van muziek, want “geen muziekstuk is uitsluitend dat wat je hoort. Elk werk vertegenwoordigt een universum van gedachten, theorieën, onderzoekingen, ervaringen, functionaliteiten en nog veel meer wat onuitgesproken is en blijft.” (78) Dat maakt muziek boeiend, en kennis van muziek kan onze ervaring van muziek verrijken. Maar al die kennis heeft een disclaimer: “Toch moeten we al het bovenstaande ook weer terzijde kunnen schuiven en onbevangen naar Bachs unieke muziek luisteren.” (78)
Dit boek wil kennis over over al die dimensies, of al die facetten van muziek communiceren naar wie daarin geïnteresseerd is. En Samama’s boek behandelt vrijwel alle denkbare facetten van muziek. De nadruk ligt daarbij weliswaar op wat we vaak “klassieke muziek” noemen (dus Bach, Beethoven, Schubert en Dvorak), maar het boek is voor muziekliefhebbers van alle genres geschikt. (Bovendien maakt het hoofdstuk over de vraag wat klassieke muziek eigenlijk is goed duidelijk hoe misleidend die benaming is.)
Samama schrijft over de vraag wat muziek is; waar onze menselijke hang naar muziek vandaan komt; dat we muziek als een taal kunnen opvatten, als een manier van communicatie, inclusief een schrift (notatie); hoe muziek en emotie samenhangen met ideeën over transcendentie en verhevenheid; hoe componisten werken; de relatie tussen muziek en politieke macht; de vraag wat klassieke muziek is; hoe muziek afhangt van de samenhang tussen luisteren en herinneren; de geschiedenis en rol van de dirigent; hoe Plato en Aristoteles over muziek dachten; en hoe muziekgeschiedenis ontstaan is. En dan heb ik ongetwijfeld nog vele onderwerpen vergeten.
Het enige dat niet ter sprake komt (ofschoon even terloops genoemd), is de “neuromusicologische” benadering: de bestudering van de wijzen waarop muziek en hersenen interageren, een onderwerp waar met name in de Angelsaksische wereld veel belangstelling voor is (maar ook in Nederland, denk bijvoorbeeld aan het werk van cognitieve en computationele musicoloog Henkjan Honing). Dit is overigens geen kritiek, want in de slechts 248 pagina’s van Samamas prachtig uitgegeven boek (met illustraties, een lijstje “verder te lezen” en een index), is al zoveel te vinden, dat het mij na het lezen ervan duizelde.
O ja, en hoe zit het dan met de zin van de muziek? Op de één na laatste pagina gaat Samama daarop in, en trekt daarmee in een ruk alle draden van het boek bij elkaar:
De zin van muziek ligt in haar mogelijkheden ons op het niveau van onze emoties direct te raken, in de invloed die ze op onze verbeelding kan uitoefenen, maar ook ni de vanzelfsprekendheid waarmee ze op ons een gevoel van transcendentie, van verhevenheid en soms van bijna religieuze vervoering kan brengen. (…) De zin van muziek is daarom ten slotte ook dat ze voor elke mens op geheel eigen wijze zin heeft. Kortom, muziek bevestigt ons als individu, als lid van een gemeenschap of cultuur, en als mens. (239)
De verschillende hoofdstukken kunnen los van elkaar gelezen worden, ofschoon er een zekere logica in de opbouw van het boek als geheel te bespeuren valt. Het boek bestaat uit vijf delen die wel een innerlijke structuur hebben. Ik heb het boek gelezen zoals je een cd beluistert: ieder hoofdstuk is een track, met een eigen interne opbouw, structuur en dynamiek. Een album als geheel heeft een bepaald karakter, en dat is ook bij het boek van Samama het geval. Samama is een begenadigd schrijver en docent die de vele historische, muziektheoretische en psychologische en filosofische feiten op een verbluffend complexe wijze tot een eenheid gecomponeerd heeft.
Het is niet minder dan een juweel van een boek. Leo Samama is een wandelende muziekencyclopedie, die dit boek vol met kleine weetjes heeft gestopt. Als je nieuwsgierig bent naar de verschillende dimensies van muziek – muziektheoretisch, historisch, sociaal, psychologisch, filosofisch – dan ken ik in het Nederlands geen boek als dit.
Leo Samama, De zin van muziek.
Amsterdam: Amsterdam University Press 2014.
ISBN 9789089645708, 248 pp., 19,95 euro.
Taede, vergeef me: maar boeken lezen zichzelf niet. Ze laten zichzelf wel lezen. Dit is wel een erg lelijk stijlfoutje: [(…) en dat zich leest als een robuuste aanklacht tegen het alomtegenwoordige “nutsdenken”…). Moet zijn: […dat zich laat lezen als…].
Hoi Jan,
Is veranderd! Dank voor je opmerkzaamheid! 🙂
Er mag dan wel een stijlfoutje inzitten….ik herken dat soort foutjes niet eens ;-), alle lof voor de pakkende wijze waarop de inhoud van dit boeiende boek hier wordt weergegeven.
Voor een uitvoerend muziekliefhebber, nu al, zonder het gehele boek te hebben gelezen, zeer herkenbaar.