Sam Harris’ spiritualiteit zonder religie (deel 2, slot) (boekbespreking)

Afgelopen dinsdag verscheen het eerste deel van mijn bespreking van Sam Harris’ boek Het huidige moment: Spiritualiteit zonder religie online.

Dat deel beperkte zich vooral tot een inhoudelijke samenvatting van het boek. In dit tweede deel wil ik op basis van die inhoud een oordeel over het boek vormen.

Authentieke spiritualiteit

Zoals gezegd, het is in heel wat opzichten geen goed boek, maar het is een opmerkelijk boek omdat het boek voortkabbelt op de steeds sterker wordende stroom boeken die beantwoorden aan de groeiende belangstelling onder atheïsten voor verdere spirituele verdieping. Toch schiet het boek uiteindelijk ernstig tekort op één heel belangrijk punt. Want de vraag die nergens in het boek gesteld wordt, is: waarvoor dient eigenlijk een authentieke spiritualiteit?

Je kunt tenminste twee antwoorden onderscheiden. Het ene antwoord is dat spiritualiteit met name het welzijn van de eigen persoon dient. Het andere antwoord luidt dat spiritualiteit primair in dienst staat van de ander en van de wereld. Het tweede antwoord gaat dus uit van het primaat van de ethiek, van de ethische rol die spiritualiteit uiteindelijk tot doel heeft. Je komt dat tweede antwoord vooral tegen in het boeddhisme. Op mijn blog heb ik bijvoorbeeld al eerder het boek Running Boeddha van Sakyong Mipham besproken en Vrij van religie van de Dalai Lama. In beide boeken staat het primaat van de ethiek centraal.

Bij Harris lijkt het vooral om het welzijn van de eigen persoon te draaien. Nu sluit uiteraard het een het ander niet uit, en dat beseft ook Harris, maar toch. Neem bijvoorbeeld de volgende passage, een van de sporadische verwijzingen naar de ethische consequenties van spiritualiteit:

In mijn boek The moral landscape [vert. Het morele landschap] heb ik uiteengezet dat we geneigd zijn ons onnodig in verwarring te laten brengen door meningsverschillen over het onderwerp welzijn. Ongetwijfeld ontlenen sommige mensen mentaal genot aan gedrag dat bij anderen immens lijden veroorzaakt – ze kunnen er zelfs door in extase raken. Maar we weten dat die toestanden een anomalie zijn – of toch minstens niet vol te houden – omdat we als mensen voor ongeveer alles van elkaar afhankelijk zijn. Welk genot het ook oproept, verkrachting en plundering kunnen geen stabiele strategie zijn om geluk te vinden in deze wereld. Gegeven onze sociale behoeften, weten we dat de diepste en duurzaamste vormen van welzijn verenigbaar moeten zijn met een ethische betrokkenheid bij anderen – zelfs bij volkomen vreemden – omdat gewelddadige conflicten anders onvermijdelijk worden. We weten ook dat er bepaalde vormen van geluk bestaan die niet beschikbaar zijn, zelfs niet als iemand, zoals Dzjengis Khan, altijd tot de winnende partij behoort. Sommige genoegens zijn intrinsiek ethisch – gevoelens als liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie. Wie zich in een dergelijke mentale toestand bevindt, raakt per definitie op anderen afgestemd. (52-53)

(Overigens: dit is een mooi voorbeeld van Harris’ schrijfstijl: een heel aantal woorden, maar als je moet samenvatten wat hier eigenlijk staat, raak je in de problemen.)

Mijn punt draait om de laatste paar zinnen, met als conclusie de allerlaatste zin: “Wie zich in een dergelijke mentale toestand bevindt, raakt per definitie op anderen afgestemd” (mijn cursivering, TS). Harris lijkt te willen zeggen: door middel van meditatie kun je tot de ontdekking komen dat je “ik” of “zelf” een illusie is. Op dat moment kom je als vanzelf in een bewustzijnstoestand waarin liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie bestaan. En als je een dergelijke mentale toestand krijgt, dan raak je ook automatisch afgestemd op anderen.

Maar is dat voldoende stimulans voor ethisch handelen? Harris zegt er verder niets over. Ethiek interesseert hem weinig, hij zegt er heel weinig over in het boek. Het gaat hem vooral om de persoonlijke, spirituele ervaring van zelfloosheid. Al het andere lijkt daar dan volgens Harris min of meer vanzelfsprekend uit te volgen. Het lijkt automatisch te gaan. Hier lijkt ook Harris’ betoog voor het vrijgeven van drugs op gebaseerd te zijn. Immers, Harris stelt dat iemand door het gebruik van drugs vrij snel die mentale toestand van zelfloosheid en compassie kan bereiken die ook door meditatie te bereiken is (zoals Harris aan het begin van het boek laat zien met behulp van een anekdote). Drugs zijn prima, je krijgt er compassievollere mensen door. Echter, het probleem met drugs is dat er allerlei risico’s aan kleven, van verslaving tot het gevaar van een overdosis. Aan meditatie, zo stelt Harris expliciet, kleeft minder risico en is dus de facto een betere optie.

Happy clappy zelfhulpretoriek

Ik betwijfel of het allemaal zo makkelijk is. Het mag een ad hominem argument lijken, maar toch: zou, als Harris’ argumentatie klopt, Harris met zijn lange staat van dienst als meditatiedeskundige en psychedelicaconsument, niet zelf het toonbeeld van liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie moeten zijn? Met zijn positie lijkt het atheïsme van Harris te stranden in positief denken en de typisch Amerikaanse happy clappy zelfhulpretoriek van het Yes, we can! We kunnen de mensheid verbeteren, lijkt Harris te denken, als we allemaal massaal aan het mediteren slaan (of massaal aan de drugs gaan, maar dat is niet onproblematisch). Een betere wereld begint bij jezelf – wat uiteraard niet klopt, want het “zelf” is een illusie, en daar kan het dus niet bij beginnen.

Harris’ idee van spiritualiteit is uiteindelijk zuiver functionalistisch: voor Harris is spiritualiteit een methode die, mits goed gevolgd, automatisch de gewenste resultaten produceert. Hij meent dat dit heel boeddhistisch is, want

In tegenstelling tot de leer van jodendom, christendom en islam worden de lessen van het boeddhisme door zijn aanhangers niet beschouwd als het product van een onfeilbare openbaring, maar eerder als empirische instructies: als je X doet, zul je Y ervaren. (35)

Verlichting is dan ook geen staat van genade, maar een verdienste die automatisch volgt als de juiste methode wordt gevolgd. (Overigens betoont Harris zich erg sceptisch ten aanzien van wat verlichting zou moeten inhouden.)

Harris meent dat wanneer spiritualiteit methodisch wordt gehanteerd, dat dit “nuttig” is voor het welzijn van onze medemensen en de wereld:

Vooruitgang op het ene gebied legt een basis voor vooruitgang op het andere. Zo kun je bijvoorbeeld langdurige periodes doorbrengen in contemplatieve eenzaamheid teneinde een beter mens te worden in de wereld – met betere relaties, eerlijker en compassievoller, en dus nuttiger voor de medemens. Op een wijze manier zelfzuchtig zijn en onzelfzuchtig zijn kan vrijwel op hetzelfde neerkomen. (35-36)

Ofschoon Harris meent dat hij duidelijk door het boeddhisme beïnvloed is, is er vanwege zijn kokervisie wat betreft het concept van “welzijn” sprake van een totaal misverstaan van waar boeddhistische meditatie fundamenteel om draait, namelijk om inzicht via discipline die leidt tot de wijsheid om juist te handelen afhankelijk van de context. Inzicht en kennis is weliswaar belangrijk, maar staat volledig in dienst van de ethiek: uiteindelijk draait het om het juiste handelen.

Het is maar net waar je de klemtoon legt. Harris legt de klemtoon op zelfzuchtigheid: verbeter jezelf door te mediteren, daar word je gelukkiger van, want je ervaart minder lijden, omdat je beseft dat je zelf een illusie is, en daar wordt je automatisch, bijna als een toevallig bijproduct, een beter, compassievoller mens van. Toch denk ik dat het boeddhisme wat anders zegt. Dat legt uiteindelijk de klemtoon op de ethiek: om compassievoller te zijn en juist te handelen, heb je inzicht in jezelf nodig, en daar kom je toe via meditatie.

Misschien zullen sommigen het als slechts een nuanceverschil zien, met eenzelfde uitkomst, dus waar maak ik me druk om. Ik zie het echter toch vooral als een verschil tussen tamelijk Amerikaans nutsdenken waarin spiritualiteit tot een methode gereduceerd wordt en geluk iets dat door de mens zelf gerealiseerd kan en moet worden (met als gevolg het idee dat je, als je faalt, niet hard genoeg je best hebt gedaan) – en een authentieke spiritualiteit die de gebrokenheid van het menselijk bestaan als een gegeven accepteert en daarvanuit poogt om een visie te ontwikkelen van juist handelen op basis van kennis, inzicht en wijsheid.

Met andere woorden: als atheïsten als Stine Jensen Harris’ ideeën dus verheffend en spiritueel vinden, dan verkeert het atheïsme toch in grotere problemen dan ik dacht.

Sam Harris, Het huidige moment: Spiritualiteit zonder religie.
Amsterdam: Nieuwezijds 2014.
ISBN 9789057124136, 205 pp., € 21,95.

45 gedachten over “Sam Harris’ spiritualiteit zonder religie (deel 2, slot) (boekbespreking)”

  1. Beste Taede Smedes,

    Met het boek van Harris ben ik nog niet veel gevorderd, maar ik heb toch ernstig bezwaar tegen de waarde die hij aan de meer irrationele aspecten van meditatie hecht, helemaal als dat samengaat met het gebruik van psychedelische middelen.
    In mijn optiek is er in de meditatieve toestand sprake van het passief observeren van het eigen lichaam, vrijwel identiek aan een bepaalde fase tussen dromen en waken.
    Misschien komt het volgende scenario bekend voor. Je droomt dat je kunt vliegen, gewoon door je te ontspannen en je licht te maken en daarbij zijn er allerlei details die zouden kunnen kloppen, bv. dat je boven de huizen in je woonplaats vliegt. Andere details kloppen helemaal niet, want op vlieghoogte is het in diezelfde woonplaats vergeven van de hoogspanningskabels, waar je voor uit moet kijken. Desondanks kan die droom buitengewoon realistisch lijken, zelfs zodanig, dat wanneer je ontwaakt je er nog een tijdje volledig van overtuigd bent dat je echt kunt vliegen. Pas als je bewust wordt van de discrepanties in die droom breekt het besef door dat het allemaal maar een drom is en daar spelen die onmogelijke hoogspanningskabels een belangrijke rol in.

    Maar stel, dat er helemaal geen sprake is van dat soort discrepanties en je geen idee hebt waarom echte vliegtuigen kunnen vliegen, wat dan?
    Dan kom ik bij Harris.
    In zijn meditatieve toestand heeft hij het over gevoelens als liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie.
    Allemaal zaken waarvan wij in het algemeen geen sluitende verklaring voor hebben. Wat moet je daar dan mee?
    Met dat vliegen is het simpel, want je weet dat vliegen op die manier niet mogelijk is, waarmee het volkomen duidelijk is dat deze droom bedrog was.
    In mijn visie zijn alle dromen bedrog en kramen mensen die het over een ‘hoger bewustzijn’ hebben bij het gebruik van drugs onzin uit, ook als ze Sam Harris heten en een reputatie als hersenwetenschapper hebben te verliezen.

    In mij directe omgeving zijn ook een aantal lieden die zich van psychedelica bedienen, het steeds over dat ‘hoger bewustzijn’ hebben, geen enkele kennis over fysica bezitten, de meest extravagante conspiratietheorieën aanhangen, hun kinderen niet laten inenten, zich arm kopen aan alternatieve voeding en voedingssupplementen, weigeren om aan inhoudelijke discussies deel te nemen, enfin, misschien komt dit wel bekend voor.
    Je moet er niet aan denken dat dit soort lieden in bestuursorganen terecht komen, ook als ze geen drugs gebruiken. Maar dat is weer een ander onderwerp.

  2. P.S.

    Het zal niet verbazen dat ik, gezien mijn vorige reactie, het boek terzijde leg en het niet kan aanbevelen.

    Excuus voor mogelijke spelfouten. Door een klein defect in mijn ogen vallen fouten zoals ‘drom’ i.p.v. ‘droom’ mij soms helemaal niet op, dus als de spellingcontrole er dan ook niet over valt, worden die niet gecorrigeerd.

  3. Bert Morrien,
    er valt met u niet te argumenteren, omdat er geen weg bestaat volgens mij die uw materialistische overtuiging doet betwijfelen. Je stelt o.a. : “In zijn meditatieve toestand heeft hij het over gevoelens als liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie. Allemaal zaken waarvan wij in het algemeen geen sluitende verklaring voor hebben. Wat moet je daar dan mee?” Ik vind uw redenatie onzinnig, waarom moet je een of ander rationele verklaring vinden (mogelijk voor u een breinverklaring) bij het ervaren van liefde of compassie? Waarom moet alles sowieso worden verklaard.

    Stel je voor dat je tijdens een toestand tussen waken en slapen in een staat geraakt dat je buiten je lichaam treedt, zwaartekracht is weg en je kunt gewoon los van de grond bewegen en vliegen, terwijl er geen onderbreking is van bewustzijn en wil. Dat noemt men ook uittreding. Het vergelijk met een fysieke toestand waarin vliegen onmogelijk is, is op zichzelf dan niet meer geldig.
    Mensen als u kunnen mij in feite ook nooit overtuigen, ik heb dat nu eenmaal met die stellige materialisten.

  4. Theo,

    [Stel je voor dat je tijdens een toestand tussen waken en slapen in een staat geraakt dat je buiten je lichaam treedt, zwaartekracht is weg en je kunt gewoon los van de grond bewegen en vliegen, terwijl er geen onderbreking is van bewustzijn en wil. Dat noemt men ook uittreding.]
    Dat je buiten je lichaam treedt, de zwaartekracht is weg is en je gewoon los van de grond bewegen en kunt vliegen is mogelijk in je dromen, maar levert zoveel problemen op met de fysieke werkelijkheid, dat er geen sprake van kan zijn dat dit een fysieke toestand beschrijft. Dat lijk je te beamen.
    Maar dat er geen onderbreking is van bewustzijn en wil lijkt mij onjuist. Het kenmerk van de toestand tussen waken en slapen is juist dat bewustzijn en wil daar geen rol spelen. Als bewustzijn en wil volledig werkzaam zijn, is er een toestand van waken en niet tussen waken en slapen. Met een beetje bewustzijn en een beetje wil is niets aan te vangen.

    Je vervolgt
    [Het vergelijk met een fysieke toestand waarin vliegen onmogelijk is, is op zichzelf dan niet meer geldig.]
    Ik zie dat iets anders: omdat bewustzijn en wil dan uitgeschakeld zijn, is er noch wil, noch bewust kritisch vermogen aanwezig om dit vergelijk mogelijk te maken. Dat is de reden dat je de meest fantastische dingen kunt dromen.

    Als je uittreding echt zou kunnen aantonen, dan verwijs ik je naar
    http://web.randi.org/the-million-dollar-challenge.html

    Intussen wens ik je prettige dromen toe en hoop voor jou dat het geen nachtmerries worden.

  5. @Teade je schrijft: Toch denk ik dat het boeddhisme wat anders zegt. Dat legt uiteindelijk de klemtoon op de ethiek: om compassievoller te zijn en juist te handelen, heb je inzicht in jezelf nodig, en daar kom je toe via meditatie.

    Wat ik van Harris heb gelezen beweert hij in wezen precies hetzelfde, hij reduceert het niet slechts als een toevallig bijprodukt maar een gevolg van inzicht gegenereerd door meditatie, kom je daardoor beter in je vel te zitten, dan kun je ook veel meer voor anderen gaan betekenen, zo werkt het nu eenmaal. Ik zie het zelfzuchtige aspect in deze redenering ook niet zo, je moet uiteindelijk toch altijd bij jezelf beginnen.

    Misschien wel interessant in deze de visie van Harris op (bepaalde) drugs die een eventueel geestverruimend effect zouden kunnen creëren eens door te lezen.

    http://www.samharris.org/blog/item/drugs-and-the-meaning-of-life/

    :

  6. Egbert,

    Je moet even heel nauwkeurig lezen wat ik schrijf, want volgens mij ontgaat de nuance jou.

    Ook wat betreft Harris’ visie op drugs, dat is in het eerste deel van de bespreking al genoemd.

  7. Bert schrijft: In zijn meditatieve toestand heeft hij het over gevoelens als liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie.
    Allemaal zaken waarvan wij in het algemeen geen sluitende verklaring voor hebben. Wat moet je daar dan mee?

    Tja, wat zou je nu met dergelijke fenomenen aan moeten vangen, als we er geen sluitende verklaring voor hebben, misschien projecteren op een eventuele partner of kinderen/kleinkinderen o.i.d. 🙂

  8. Teade, maar in de door mij verstrekte link geeft Harris wel een vrij uitgebreide en genuanceerde visie op het eventuele gebruik van geestverruimende middelen.

    Ik zie het nuance verschil tussen de visie van Harris en het Boeddhisme wel, maar de uitkomst is uiteindelijk hetzelfde. En daar gaat het toch in wezen om.

  9. Egbert,

    Ik betwijfel of de uitkomst hetzelfde is. Harris’ betoog komt erop neer dat spiritualiteit een methode is die, mits goed gevolgd, automatisch tot de gewenste resultaten leidt, eerst geluk voor jezelf waarmee je dan automatisch in tune komt met anderen en hun geluk wilt bevorderen. Volgens mij werkt het niet zo en is dat ook niet wat het boeddhisme betoogt. Dat is mijn punt.

  10. Egbert, dat projecteren lijkt mij bij liefde, dankbaarheid, toewijding en compassie heel goed.
    Er zijn mensen die onder invloed van drugs dachten dat ze konden vliegen en van hen die dat probeerden konden een paar het niet navertellen.
    Je kunt je dromen ook als inspiratiebron voor kunst te gebruiken.
    In feite is creatief zijn een manier waarbij je je wezen laat spreken, eigenlijk is dit ook een meditatieve toestand, een waar je ook volkomen in op kan gaan.
    Creatieve mensen waaronder mensen die een muziekinstrument bespelen, moeten ze dit gevoel herkennen.

  11. @Teade; Ik zal mijn visie enigszins proberen te nuanceren, als we een bepaald doel in ons leven willen bereiken, wat dat dan ook maar mag zijn gaat het in wezen niet om het verwezenlijken hiervan, maar om het prettige gevoel wat hierbij gegenereerd wordt, dat is waar het in wezen allemaal in ons leven om draait, ons psychisch welbevinden, zo kun dit ook ontlenen aan het verlenen van compassie jegens de medemens of aan het meelijden, er is altijd sprake van een egocentrische component, net als in een innige relatie, tenminste als je het dan zo zou willen benoemen, maar daar is m.i. helemaal niets mis mee, want dat is inherent aan onze menselijke natuur.

    Als je het hier niet mee eens bent. misschien denkt dat ik e.e.a. teveel psychologiseer, dan hoor ik het graag van je.

  12. @Bert je schrijft: Er zijn mensen die onder invloed van drugs dachten dat ze konden vliegen en van hen die dat probeerden konden een paar het niet navertellen.

    Dat klopt, ik heb ooit één keer in mijn jonge jaren psychedelica gebruikt, dat ontaardde bij mij ook nog eens in een bad trip, zoals men dat destijds benoemde en ik kan je verzekeren dat het voor mij absoluut niet voor herhaling vatbaar was, afijn het was meteen een goede afleer.

    Primitieve volkeren schijnen ook geestverruimende middelen te gebruiken maar weten heel goed dat op de juiste manier te doseren.

    Je schijnt je wel te kunnen trainen om bewust te blijven in de sluimerfase tussen waken en slapen, de z.g. hypnagogische toestand, maar dat vereist nogal wat oefening.

    Gegeven het feit dat ons doen en laten voor tachtig procent door onbewuste factoren wordt aangestuurd kan het regelmatig opschrijven van je dromen en erover reflecteren je zelfkennis aanzienlijk doen vergroten, ook kun je inderdaad inspiratie uit je droomwereld putten.

  13. Egbert,
    je meent : “Je schijnt je wel te kunnen trainen om bewust te blijven in de sluimerfase tussen waken en slapen, de z.g. hypnagogische toestand, maar dat vereist nogal wat oefening.”

    maar Bert beweert allerlei wat niet klopt, o.a. dat dromen onbewust gebeuren, maar bewustzijn is betrokken in dromen, ongeacht wat iemand zich na afloop nog herinnerd, men ziet dromen en zichzelf daarin gebeuren zonder dat men kan ingrijpen of weet heeft ervan. Maar daar zijn uitzonderingen op, zoals lucide dromen of uittredingen (out of body experience). Ook klopt het wat je meent, dat je tijdens een sluimerfase bewust kunt zijn en blijven, dat is in zeker zin een kunstje om de slaap te slim af te zijn. Voor Bert is dat wellicht hocus pocus. Een uittreder kan zich van begin tot eind bewust zijn, tot aan het moment van wakker zijn. Met volledige controle over bewustzijn, denken, en sturing. Het komt voor dat iemand tijdens het dromen onverwacht kennis heeft van het feit van dromen, op dat moment kan hij het stuur van de droom in handen nemen en de droom beïnvloeden. Kun je ook terugvinden in literatuur.
    Dit is wel off topic.
    Zou Taede specifiek hierover eens een onderwerp starten, kan men hierop doorgaan.

  14. @Taede
    Maar is dat voldoende stimulans voor ethisch handelen? Harris zegt er verder niets over.
    Een atheïst heeft niet een keus om zich te ‘bekeren’ tot een geloof. Ze weten dat goden verzonnen zijn door mensen. En ze weten rationeel dat het slimmer is om ethisch te zijn (het is nu eenmaal beter voor ons allemaal), plus ze voelen zich er beter door, en ook dat weten ze en vaak ook al waarom dat zo is.
    Dit is al de ‘mentale toestand’ die Harris beschrijft. Ethisch handelen, omdat er niets anders is of rest. -Het staat volgens mij nog los van enige meditatie in ‘spirituele’ zin.
    De zoektocht van een atheïst naar spiritualiteit is volgens mij hetgene dat je niet helemaal begrijpt Taede: je moet wel in je achterhoofd blijven houden dat atheïsten dondersgoed beseffen dat god of goden niet bestaan. – Er is geen ‘keus’ ofzoiets voor atheïsten om te gaan ‘geloven’, atheïsten zijn lastige mensen qua zichzelf voor de gek kunnen houden. En begrijp me niet verkeerd, dit is niet bedoeld als sneer naar gelovigen: het is alleen om duidelijk te maken, dat die zoektocht naar spiritualiteit niet een zoektocht is naar de kant (zienswijze) van de ‘gelovige’: het is om duidelijk te maken dat de meeste atheïsten daar helemaal niet kunnen, of überhaupt willen komen. Lees het boek vanuit dat oogpunt, en het is wat makkelijker te lezen denk ik.

  15. Theo, iedereen wordt wel eens getroffen door een merkwaardige samenloop van omstandigheden die niet te verklaren is wegens gebrek aan aanwijzingen.
    Een kenmerk van pseudo-wetenschappers is dat als hun theorie vanwege dit effect wel eens paar keer uitkomt, ze dit meteen als een bevestiging ervan zien. Als je bezwaar tegen die theorie inbrengt krijg je te horen “en hoe verklaar je dan dat” gevolgd door een sterk verhaal.
    Mijn antwoord is dan steevast dat hun theorie daar een verklaring voor zou moeten geven, en niet ik.
    Echte wetenschappers negeren coïncidenties, totdat ze een sterk verhaal vrijwel altijd kunnen oproepen en verifiëren, zoals bijvoorbeeld het fenomeen van non-lokaliteit. Alleen dan is het meer dan een sterk verhaal en is het gerechtvaardigd daar meer dan oppervlakkige betekenis aan toe te kennen,
    Ofschoon ik het met de conclusies van Harris lang niet altijd eens ben, kan ik de fenomenen welke hij beschrijft niet ontkennen. Je moet Harris nageven dat hij niets voetstoots accepteert en dat hij nogal extreem is in zijn pogingen uit te zoeken hoe iets werkelijk in elkaar zou kunnen zitten. Daar kunnen zijn critici vanuit hun leunstoel een puntje aan zuigen.

  16. Bert, het gaat over Sam Harris en Michael Shermer, dat noem ik bepaalt geen pseudowetenschappers, maar in de opmerking van Martin Bier gebruikt deze een quote van Shermer: “Enjoy them [the anomalies]. Appreciate their emotional significance. … We can’t explain everything, and it’s always okay to say, ‘I don’t know,’ and leave it at that until a natural explanation presents itself.”
    Dat noemt Bier een “schokkende kwoot”. Meent ook nog: “Wie “zich aan het wonder verlustigt” in plaats van het te zien als een springplank voor kritische vraagstelling, die hoort thuis in de Middeleeuwen.”
    Daar zit Bier fout, want bij herhaling van Shermer : ( and it’s always okay to say, ‘I don’t know,’ and leave it at that until a natural explanation presents itself.”) Shermer zegt dus, totdat zich een verklaring aandient.
    Meer dan dit, volgens mij is het de essentie van échte skepsis, niet om alles te weten maar om open te staan voor het ‘niet wetende’. Ik vond deze bewoording n.l. heel mooi van Shermer, ik zou hem op een bordje willen zetten.

  17. @ Dennus,

    “Een atheïst heeft niet een keus om zich te ‘bekeren’ tot een geloof. Ze weten dat goden verzonnen zijn door mensen”.

    Sorry, maar nee: ze ‘weten’ dat niet. Ze zijn ervan overtuigd, en daar kunnen ze redenen voor hebben, maar dat is wat anders.

    “En ze weten rationeel dat het slimmer is om ethisch te zijn (het is nu eenmaal beter voor ons allemaal), plus ze voelen zich er beter door, en ook dat weten ze en vaak ook al waarom dat zo is”.

    Ook dit ‘weten’ ze niet (noch iemand anders). Verder is het onzin: 1. Noem mij eens een paar ethische normen die echt beter zijn voor ons allemaal (ik bedoel dus de hele wereldbevolking). 2. Leg mij eens waarom het ethisch zou zijn om te doen wat beter is voor ons allemaal (dus: hoe ‘weet’ men dat?). 3. Wie meent dat iets ethisch is, omdat je je er beter door voelt, vind ik heel eng. Om voor de hand liggende redenen, lijkt me.

    Kortom, stelligheden verkondigen is wat anders dan een betoog opzetten.

  18. Dat ben ik ook niet met Martin Bier eens, kritische vraagstelling is an sich niet mis mee, maar dat impliceert nog niet dat je daarmee een consistent verklaringsmodel op het spoor komt, uiteindelijk toegeven dat je in het duister blijft tasten, niet in staat bent het te verklaren of het desnoods als een wonder gaat beschouwen betekent nog bij lange na niet niet dat je in de Middeleeuwen thuis hoort, dat vind ik wel zeer gechargeerd gesteld.

  19. @ Taede, bedankt voor je interessante bespreking. In je opties voor wat spiritualiteit betreft (ego-centrisch vs. altruïstisch) herkende ik me wel, maar ik denk dat er nog een derde is: theocentrisch. Met andere woorden: het gaat niet alleen om de vraag waarvoor ‘spiritualiteit’ (alsof dit een soort vastomschreven goed is) bedoeld is, maar ook wat spiritualiteit eigenlijk is en of er misschien verschillende soorten van zijn.
    Ik heb de indruk dat veel spiritualiteitsdiscussies focussen op bepaalde gevoelens, ervaringen, emoties. En dat dan vervolgens wordt gekeken hoe je dit pakket kunt bereiken en waarvoor je het kunt gebruiken. Maar een bepaalde ervaring zegt op zichzelf niets als we geen idee hebben in welke context het functioneert, c.q. welke betekenis het heeft. Neem dat knagende gevoel in je maag: je kunt dat ervaren als angst, maar ook als verliefdheid. C.S. Lewis noemde dat ooit ‘transpositie’. Zo denk ik ook dat het vredige gevoel dat je krijgt van marihuana niet hetzelfde vredige gevoel is dat je krijgt van het helpen van een dakloze of het aanbidden van God. De puur fysieke ervaring is wellicht hetzelfde als je ‘van buitenaf’ kijkt of het brein doormeet, maar de ERVARING is daarmee niet beschreven, want dat kan alleen in de hele context waarin je hem krijgt.
    Harris lijkt het echter allemaal op een hoop te gooien, zeer Amerikaans-pragmatisch, maar verder weinig verhelderend of verdiepend. Simpelweg: hoe krijg je zoveel mogelijk voor zo weinig mogelijk geld? De ultieme consumentendroom. Meer is het niet.

  20. @Steven je schrijft: Maar een bepaalde ervaring zegt op zichzelf niets als we geen idee hebben in welke context het functioneert, c.q. welke betekenis het heeft.

    En tevens: “De puur fysieke ervaring is wellicht hetzelfde als je ‘van buitenaf’ kijkt of het brein doormeet”

    Dat klopt, maar een ervaring zou toch ook heel goed voor zichzelf kunnen spreken, overigens lijkt de interpretatie hiervan me meer voorbehouden aan degene die de ervaring zelf ondergaat.

    Je schrijft vervolgens: maar de ERVARING is daarmee niet beschreven, want dat kan alleen in de hele context waarin je hem krijgt.

    En dan is het nog de vraag of de verkregen ervaring/beleving (impliciete kennis) misschien niet of nauwelijks nog in woorden te vangen is, laat staan te delen of over te dragen.
    Maar misschien zou het je innerlijk wel kunnen verrijken. Je zou de kracht van meditatie, contemplatie niet moeten onderschatten.

    En wat verliefdheid betreft, dat vertaalt zich toch m.i. op een ander manier in de maag dan angst, althans in mijn beleving.

  21. @Steven
    Sorry, maar nee: ze ‘weten’ dat niet. Ze zijn ervan overtuigd, en daar kunnen ze redenen voor hebben, maar dat is wat anders.

    Noem het hoe jij wil dan als je daar beter van slaapt.

    Ook dit ‘weten’ ze niet (noch iemand anders). Verder is het onzin: 1. Noem mij eens een paar ethische normen die echt beter zijn voor ons allemaal (ik bedoel dus de hele wereldbevolking). 2. Leg mij eens waarom het ethisch zou zijn om te doen wat beter is voor ons allemaal (dus: hoe ‘weet’ men dat?). 3. Wie meent dat iets ethisch is, omdat je je er beter door voelt, vind ik heel eng. Om voor de hand liggende redenen, lijkt me.

    1) Gij zult niet doden.
    2) “Hé, ik loop over straat en niet iedereen die ik tegenkom probeert me te vermoorden, dat scheelt een boel gedonder zeg!”
    3) Dat meen ik ook niet: goed lezen Steven.

    Kortom, stelligheden verkondigen is wat anders dan een betoog opzetten.

    Tja, pot, ketel, hoe zat ‘t ook alweer? Wat wil je dat ik zeg? Waar ageer je nu zo tegen? Wil je dan dat ik het mooier maak dan het werkelijk is? Dat atheïsten en masse gaan bekeren tot een geloof zolang ze zich er maar voor ‘open’ zetten of dat soort onzin? Sorry, maar dat is gewoon niet waar.

  22. Menselijkheid betrachten zit ons biologisch niet zo ingebakken, bij het beschikken over een redelijk goede levensstandaard gaat het nog wel, dat houdt het beest in ons wel enigszins sluimerend, maar “on the brink”, als de primaire levensbehoeften in het geding komen wordt het een ander verhaal. Dat heeft de geschiedenis ook talloze malen bewezen.

  23. @Theo
    Een atheïstische staat ‘proberen’?
    Zoals? Noord- Korea? Communistisch Rusland? Nederland?
    In vergelijking met wat? Een theocratie als de Islamitische Staat?
    Als je een wedstrijdje ‘welke ideologie zorgt voor meer menselijkheid’ wil spelen moet ik je teleurstellen, atheïsme is geen ideologie. Je kunt het combineren met communisme, maar ook met humanisme bijvoorbeeld. Welke ideologie je ook combineert met atheïsme, het zegt niets over atheïsme zelf. Atheïsme is niet goed, of slecht, het is blanco. Dus, jammer joh, als je een atheïst tegenkomt kun je hem/ haar nog niet in je goed/slecht hokje stoppen, je zult die persoon nog even moeten doorvragen welke ideologieën die persoon aanhangt voor je toekomt aan het hokjes kruisen gedeelte. En hetzelfde geldt voor een atheïstische staat.

  24. @Egbert,

    Van Praag legt uit: “Ik heb atheisme vergeleken met ongevoeligheid voor esthetische ervaringen en prikkels. Als iemand zegt ‘Schilderijen zeggen me niets’ of ‘Literatuur en muziek doen me weinig’, dan ontbreekt daar iets dat het leven rijker en interessanter maakt. Datzelfde vind ik van religieuze onontvankelijkheid. Als iemand niets met religie heeft, dan ontbreekt er een dimensie. De meeste mensen zijn wel ontvankelijk. En ik vind het dan ook een tekort, een deficiëntie.”
    Wat van Praag vindt moet hij zelf weten.
    Lees Douglas Hofstadter en probeer dan vol te houden dat van Praag gelijk heeft.
    Ik herken mij absoluut niet in dat beeld.
    Waarschijnlijk was het alleen maar je bedoeling te zeggen dat jij vindt dat atheïsten een afwijking hebben. Maar dat had ik al door.

  25. @Bert, laat ik het anders formuleren, ik kan me niet onttrekken aan de indruk dat er achter ons bestaan in de fysieke werkelijkheid een verborgen oergrond bestaat waaruit alles is voortgekomen en alles weer naar terugkeert, noem het voor mijn part God, of iets van Transcendentie en waar religies al over the world ook naar verwijzen.

    Nou afwijkingen vind ik in dit verband, zoals van Praag dat stelt, wel een beetje een zware term.

  26. Dennus,
    als je je reactie aan mij nog eens leest,
    slaat die volledig terug op jezelf.
    Dat is wat jij doet, mensen in hokjes plaatsen en categorieën,
    en daar een stempel op drukken.
    Je kunt atheïsme combineren met humanisme meen je,
    je kunt christen zijn ook combineren met humanisme.

    Als atheïsme “niks is” waarom reageren atheïsten dan al jarenlang zo beledigt en gekwetst,
    en verklaren zij aan al het geloof de oorlog. Een kind die van nature niet gelooft, is ook geen atheïst,
    atheïsme is geboren als religie-kritiek, onlosmakelijk.

  27. @Theo
    Het is laat, en ik heb er net een dag van 18 uur werken opzitten, dus ik hou het even kort:
    atheïsme is geboren als religie-kritiek, onlosmakelijk.
    Juist, eigenlijk, zou het niet eens nodig moeten zijn dat atheïsten er een woord voor nodig hebben om zich te profileren, maar:
    Blijkbaar is (of was, gelukkig in Nederland) het ‘normaal’ om religieus te zijn, en ‘abnormaal’ om niet gelovig te zijn, zoals ook die mafkees in het artikel van Egbert betoogt.
    Tot zover geen probleem, en mag van mij iedereen doen en denken en menen en vinden en geloven wat ze maar willen.
    Maar diegenen die gelovig zijn, en ‘normaal’, kunnen hun claims niet bewijzen.
    En toch maken ze claims, op basis van die religies en geloven.
    En dat, is niet ‘normaal’, en verdient een kritiek, ‘religie-kritiek’, zoals jij het al noemde geloof ik.

  28. Dennus,

    Ik vraag je dit keer voor het laatst of je met wat meer respect wilt reageren, anders krijg je van mij een block. Ik vind het onacceptabel dat je iemand als Van Praag een “mafkees” noemt. Dit geeft aan dat jij weinig benul hebt van wie deze man is. Dit is de laatste waarschuwing, als je zo onnozel blijft reageren, gaan je reacties voortaan direct de spam-map in.

  29. Dennus,
    volgens sommige uit hoek van atheïsten of andere ratio is geloven niet normaal,
    welke wel gelovige zegt dat niet geloven niet normaal is?
    Termen als normaal, niet normaal passen hier niet. Het schijnt mij menselijk, dat mensen
    naar zin zoeken, of in nood een houvast zoeken. Misschien is het juist dat je daar ontvankelijk voor moet zijn, zoals inderdaad de ene wel iets en de ander niks heeft met muziek of natuur of wat ook.
    Als ik iets heb met natuur en een ander heeft daar niks mee, is het tamelijk zinloos dat ik iets zeg over de schoonheid van die natuur, als vergelijk.
    Over het bewijzen van claims kun je een heel stuk lezen op ForumC, van Emanuel Rutten,
    als ik iets geloof hoef ik niets te bewijzen, aangezien ik het “geloof” , pas als je het bestaan van God of wat ook claimt heb je enige bewijslast. Maar iemand die claimt dat iets niet bestaat heeft evenzoveel bewijslast. Iets wel of niet geloven claimt geen bewijs, iedereen mag (alles) geloven.

  30. @Taede
    Sorry hoor, maar je bent wel tamelijk selectief in wat je wel en niet door de beugel laat gaan, en je hebt een behoorlijke bias voor je mede-spirituelen in hoever die mogen gaan in het krenken en beledigen van anderen. Die doen het in insinuaties en semantisch vrij leuke constructies.
    En dan is het blijkbaar oké.
    Als je dat liever ziet, tja. Ik prefereer het om iemand een mafkees te noemen als ik dat vind, en ik kan je zelfs behoorlijk steekhoudende argumenten voor geven waarom van Praag emeritus hoogleraar psychiatrie een mafkees is: maar de schimmige weg van er vooral enkel lekker de hele tijd op toespelen en dat verrukkelijke insinueren beheers ik beter dan veel van de heren hier hoor. Ik waarschuw je vast. 😀 Ik was er er gewoon verschrikkelijk bang voor dat ze niet doorhebben dat ik ze beledig, terwijl dat wel uitermate belangrijk voor me is, dus dat is wat me tot nu toe tegenhield.

  31. @Teade, maar wie van Praag dan ook mag zijn, psychiater meende ik, ik vond het interview overigens met hem wel interessant, viel er wat tussen in, maar als hij stelt dat ongelovige mensen aan een afwijking lijden, overschrijdt hij zeer zeker een grens, waarom zou hij daar niet op afgerekend mogen worden.

  32. @ Egbert,
    voor je een vervelende reactie uitlokt, dien je niet alleen iets te linken en het daarna uit zijn samenhang te halen. Zo lees ik in de door link over Van Praag : “Neem de profeten uit de Bijbel, die literair en sociaal een buitengewoon belangrijke boodschap hebben. Dat zijn vreemde figuren geweest. Ze hoorden stemmen, dachten dat God tot ze sprak – ze zouden nu als abnormaal worden beschouwd. Ik noem ze bóvennormaal, omdat ze qua inhoud en vorm iets hebben bijgedragen van onsterfelijke waarde. Dus het abnormale kan ook een positieve connotatie hebben. Ik heb ook patiënten met psychosen gezien die gedachten hadden van een enorme rijkdom en diepgang. Dat komt bij herhaling voor. Je ziet het ook bij de mystici, die leven in een andere wereld, die zij als een openbaring beleven.”
    Je linkt en weet niet eens wie van Praag is? Nou sorry, het staat er met dikke letters: emeritus hoogleraar psychiatrie.

  33. @Theo je schrijft: Dus het abnormale kan ook een positieve connotatie hebben. Ik heb ook patiënten met psychosen gezien die gedachten hadden van een enorme rijkdom en diepgang

    Maar dat gegeven trek ik ook niet in twijfel en het interview op zich vond ik (nogmaals) best wel interessant, maar desalniettemin blijf ik van mening dat je zeer zeker in je hoedanigheid als emeritus hoogleraar psychiatrie op de publieke omroep niet kan gaan verkondigen dat het aanhangen van het atheïsme, (misschien zo benoemd vanuit het Christelijke referentiekader, want het begrip leent zich nogal voor een brede interpretatie) als een afwijking beschouwd zou moeten worden.

    En ik ben er niet op uit om vervelende reactie uit te lokken, geef slechts mijn mening weer, daar hoeft een ieder zich niet in te kunnen vinden natuurlijk.

  34. @Theo op 24 december 2014 – 12:19
    Allemaal goed en wel, maar dan kom je op gevoelige kwesties als religies ‘ongelovigen’ liever dood willen zien, het niet op mensen met een andere seksuele geaardheid hebben, of zoiets als abortus. En dan zeg ik niet dat je dat soort dingen niet mag willen, ik zeg je hebt een betere argumentatie nodig dan ‘Het is Gods wil dat puntje puntje puntje’.
    Als dát de enige argumentatie is, dan zul je die god moeten bewijzen voordat je aan andere mensen iets kunt vragen in naam van die god, óf je zal met betere argumenten moeten komen voor wat je vraagt aan die anderen.
    ‘God wil/ vraagt het’ is niet voldoende.
    En dan betekent dit helemaal niet dat ongelovigen opeens minder ethisch zouden zijn zoals nog al eens gedacht wordt, voor ethisch handelen zijn echt wel goede rationele argumenten te geven.

  35. Egbert (Dennus)
    wat het nog te doen heeft met Sam Harris daar gelaten.
    Van Praag stelt in de kop van de door jouw verwezen link dat atheïsme een afwijking is,
    (of hij dat letterlijk heeft gezegd weet ik niet) vervolgens legt hij dat nader uit.
    Als die nadere uitleg je ontgaat blijf je steken bij dat éne statement. Maar je moet wel de samenhang zien. Hij legt ook uit dat religieuze mensen die bv. boodschappen doorkrijgen van God tegenwoordig naar de GGZ moeten (meent trouwens ook de VK.) Een gelovig iemand kan zich ook daardoor gekwetst voelen.
    Het is maar wat je wel of niet wilt zien.

    (Dennus, ik heb geen zin op jouw malloot gedoe in te gaan, sorry.)

  36. @Theo, hoewel hij zijn verklaring wel op een bepaalde manier toelicht, kan ik mij toch niet in zijn achterliggende bewering vinden, een ieder heeft recht op zijn eigen overtuiging, als je de atheïsten gaat bestempelen als mensen met een afwijking ook nog vanuit een bepaalde professionele visie, (zou hij trouwens zijn oud collega psychiaters die atheïst zijn ook op deze wijze wegzetten), dan ga je gewoonweg over de schreef.

    Evenals wanneer je alle gelovigen voor gek zou gaan verklaren.

    Wederzijdse tolerantie is in deze het sleutelwoord.

  37. Dat is overigens behóórlijke kritiek van Taede,
    in dat stukje lees je o.a. : “Hoofdstuk drie gaat over zin en betekenis, en vooral over zinverlies. Wanneer iemand de zin van zijn of haar leven verliest, ontstaat een beslagen voorruit. Religie kan dan, volgens Van Praag helpen om met dat zinverlies om te gaan en om hernieuwde zin in het leven te vinden.” Dat vind ik een, op zichzelf staande, toch zinnige betekenis. Dat het geloof in een godsbeeld zoals in het o.t. dan weer weinig positief meewerkt kun je eveneens beamen.

  38. @Theo: Quote column Teade: volgens Van Praag zit de zelfdestructieve tendens in de joden die zich juist uitspreken vóór de Palestijnse zaak en daarmee zelfhaat propageren jegens hun eigen volk. Zonder enige nuance zet Van Praag kritiek op de Israëlische politiek weg als jodenhaat, als het resultaat van feitenmanipulatie, van list en bedrog, het is alles demonisering, laster, onverdunde, ongemitigeerde haat jegens Israël (152-153):

    De kritiek van Teade op bovenstaande uitspraak van de heer van Praag vond ik wel terecht.
    Nu heeft de man ook nogal wat meegemaakt, een veelbewogen leven achter de rug en dat gegeven kun je veronderstel ik niet los zien van deze radicale uitspraak, maar desalniettemin……………
    Het past niet in de rest van het plaatje.
    .
    Theo je schrijft: Wanneer iemand de zin van zijn of haar leven verliest, ontstaat een beslagen voorruit. Religie kan dan, volgens Van Praag helpen om met dat zinverlies om te gaan en om hernieuwde zin in het leven te vinden.

    Het is in fraaie bewoordingen gesteld en zo zou het voor veel mensen inderdaad kunnen werken, maar lang niet iedereen heeft behoefte aan zingeving van Hogerhand, zijn daar zelfs helemaal niet in geïnteresseerd, de zin van het leven kan ook ontleend worden aan het creëren van een eigen stukje persoonlijke invulling, zoals relatie, gezin, werk, hobby. afijn, noem maar op.

  39. Dit is niet de eerste keer dat Taede Smedes een boek van een atheïst bespreekt, en ook niet de laatste keer, recentelijk op de website NieuwWij over een boek van Nick Broers.
    Het lijkt er op dat Smedes vindt dat het atheïsme te belangrijk is om aan atheïsten over te laten, dat een theïst meer geschikt is daar over te schrijven.

    Hoewel ik het boek van Harris ook nogal rommelig (slechts gecomponeerd) vind, doet Smedes hem een aantal keer tekort. Twee voorbeelden:

    Smedes zegt: “Ethiek interesseert hem [Sam Harris] weinig, hij zegt er heel weinig over in het boek. Het gaat hem vooral om de persoonlijke, spirituele ervaring van zelfloosheid. Al het andere lijkt daar dan volgens Harris min of meer vanzelfsprekend uit te volgen.”
    Op pag 35 echter (van de Nederlandse vertaling) zegt Harris “De boeddhistische leer legt in feite de nadruk op een verbinding tussen ethisch en spiritueel leven. Vooruitgang op het ene gebied legt een basis voor vooruitgang op het andere.” Harris duidt op het ‘Edele Achtvoudige Pad’, een moeilijk pad, helemaal niet zo vanzelfsprekend.

    Op pag 192/193 zegt Harris: “Spiritualiteit vormt nog steeds de grote kloof binnen het secularisme, humanisme, rationalisme, atheïsme en al die andere defensieve standpunten waarmee redelijke mannen en vrouwen schermen wanneer zij te maken hebben met onredelijk geloof. … Zolang we niet in rationele bewoordingen over spiritualiteit kunnen praten – en de mogelijkheid en het belang van zelftranscendentie kunnen erkennen – zal onze wereld door dogmatisme verscheurd blijven. Dit boek is mijn poging om het gesprek op gang te brengen. ”
    Smedes lijkt die poging af te wijzen, gezien z’n uitsmijter : “… dan verkeert het atheïsme toch in grotere problemen dan ik dacht.”
    Dat vind ik jammer en begrijp ik eerlijk gezegd ook niet, gezien z’n nieuwe DSTS-project over vormen van atheïsme.

  40. Taede, ik heb nog geen bespreking van je gezien van het recent verschenen boek van de (vrolijke, in tegenstelling tot bv Dawkins) atheïst Waldo Swijnenburg. Titel ‘De schoonheid en de troost van een wereldbeeld zonder God ‘. In de Volkskrant van 11 april een interview met hem door Wilma de Rek.
    Jullie hebben minstens één gemeenschappelijk punt: het fileren van zogenaamde godsbewijzen.
    Ik ben benieuwd

Reacties zijn gesloten.

%d