Op de middelbare school heb ik een aantal jaren Frans gehad. Toegegeven, het was mijn slechtste taal (vooral omdat ik weinig in de praktijk kon oefenen), maar ik heb er nu spijt van dat ik die taal niet beter heb bijgehouden. Er is veel interessante Franstalige filosofische en theologische literatuur, die ik nu hooguit in vertaling tot me kan nemen. Misschien is het tijd om mijn Frans op te poetsen? Maar hoe pak ik dat aan? – En toen kwam Maven Publishing met een nieuw boek, De Taalhacker, een Nederlandse vertaling van Fluent Forever, van Gabriel Wyner. In dit boek presenteert Wyner een nieuwe methode om een taal relatief snel en grondig te leren.
Tijd voor een bespreking.
Wyner is operazanger en moest voor zijn vak snel, maar perfect Italiaans, Frans, Russisch en Duits leren. Om dat voor elkaar te krijgen, deed hij veel taalcursussen, maar uiteindelijk raakte hij daar ontevreden over. Hij ging vervolgens zijn eigen methode ontwerpen. De basis van die methode is tweeërlei. Zo maakt hij overvloedig gebruik van zogenaamde flashcards, kaartjes die je zelf maakt (op papier of met een gratis programmaatje) en waarmee je jezelf systematisch kunt toetsen. Dit is niet echt nieuw, maar wat wel nieuw is, is dat die flashcards worden toegesneden op de manier waarop het menselijk brein werkt.
Want Wyner maakt bovendien gebruik van moderne inzichten uit de hersenwetenschappen, met name het idee dat zaken vooral blijven hangen wanneer je verschillende zintuigen gebruikt. Zo kun je op digitale flashcards naast woorden ook plaatjes en geluidsbestanden gebruiken, zodat je je ervaring zodanig opschroeft dat je mentale filters worden omzeild en je de informatie beter onthoudt. En het idee is dat je je allereerst zo snel mogelijk een basisvocabulaire eigen maakt (hij geeft een lijst van 625 meest gebruikte woorden) waarmee je al op korte termijn informele teksten voor een groot deel kunt volgen. Vervolgens ga je met grammatica aan de slag, en breidt je langzaam je vocabulaire uit. Het idee is dat er een soort cascade-effect ontstaat: zodra je een bepaalde drempel over bent, wordt het leren van een taal leuk en gaat het ook bijna moeiteloos en steeds sneller.
Dit boek beschrijft Wyners methode vanaf de fundamenten. Het boek is dus zelf geen taalcursus, maar een handleiding om iedere taalcursus met succes aan te pakken, doordat je je die taalcursus helemaal eigen maakt. Op basis van je eigen interesses (plaatjes, geluidsbestanden) leer je een taal op een manier die past bij jouw specifieke situatie of, beter gezegd, bij jouw unieke brein. Het is niet de bedoeling om een taalcursus te vervangen, maar om een cursus naar je eigen hand te zetten. Waar een taalcursus vaak uitgaat van een algemene methode, leer je met dit boek om die algemene methode helemaal om te vormen zodat je op een voor jou zo efficiënt mogelijke manier ermee aan de slag kunt.
De eerste helft van het boek beschrijft de methode: hoe het werkt. De tweede helft is een uitgebreide handleiding voor het maken van je eigen flashcards. Daarbij wordt terugverwezen naar de hoofdstukken uit het eerste deel. In een uitgebreide appendix krijg je bovendien een ‘gereedschapskist’ aangeboden met handige tips en trucs. Het boek is erg compleet en, zoals we zo langzamerhand gewend zijn van Maven Publishing, ziet het boek er bijzonder verzorgd uit, en leest het moeiteloos weg.
De hamvraag is echter: zou het werken? Ik blijf voorzichtig, maar ik denk het wel. Wyner leunt inderdaad sterk op moderne inzichten uit de hersenwetenschappen, dus ik vermoed dat hij alle bouwstenen heeft voor een hedendaagse en succesvolle methode. Ik heb echter het boek amper uit en moet dus de methode nog in de praktijk gaan testen door mijn eigen opfriscursus Frans (als de tijd het toelaat).
Wyners methode is tijdrovend, met name wat betreft het maken van de flashcards, want het gaat om duizenden exemplaren, dus vele honderden uren werk. Toch beweert Wyner – en ik heb geen reden om dit te betwijfelen – dat juist het werken aan de flashcards op zich al onderdeel is van het leerproces, en dat uiteindelijk het rendement vele malen hoger is dan wanneer je klakkeloos een taalcursus zou volgen. Met andere woorden: je zou met Wyners methode sneller resultaat verwachten, meer specifiek: je zou al na enkele weken een goede basiskennis hebben van de taal die je wilt leren. Ik ben er tamelijk sterk van overtuigd dat Wyner gelijk heeft.
Een boek dat met enthousiasme geschreven is – een enthousiasme dat wel heel erg aanstekelijk is.
Gabriel Wyner, De taalhacker: De beste en snelste manier om een taal te leren (en nooit meer te vergeten).
Amsterdam: Maven Publishing 2015
352 pagina’s, paperback, ISBN 9789491845383, prijs: €19,50
Dank voor je recensie Taede, ik ga het dan toch maar aanschaffen denk ik!